Datering
Maker Onbekend

Twee houten masthoepels, afkomstig van een palingaak.

Twee houten masthoepels. De ringen zijn gemaakt van hout dat aan de buitenzijde recht en aan de binnenzijde halfrond is. Het hout is tot een cirkel gebogen en vastgezet met een moer en een bout.
De masthoepels zijn afkomstig van een Workumer palingaak. Ze waren bevestigd aan het voorlijk van het grootzeil, in plaats van klootstrengen. Auke Atses de Groot, de grootvader van de schenker, heeft gevaren op de palingaken uit Workum. Hij is geboren op 1 jan. 1847 te Makkum en overleden op 5 jan. 1926 te Workum. Hij trouwde op 9 jani 1872 te Workum met Tjaltje Jans Bosch (1847-1931). Auke Atses de Groot was schipper op de palingaken Maria en Herstelling van het kantoor Workum. Met directeur 'Rintjebaes' van dat kantoor is hij meermalen naar Londen gevaren. Zijn oudste zoon Atse heeft ook op de palingaken gevaren. Atse Aukes de Groot. Geboren 14 maart 1873 te Workum en overleden 15 febr. 1945 te Stavoren. Hij voer op de palingaken Mentor van het kantoor Workum, later van het kantoor Gaastmeer. In 1911 werd hij schipper op de eigen houten tjalk De Jonge Martha, die in 1914 werd vervangen voor de klipper Drie Gebroeders. Atse was een broer van zeilmaker Meindert de Groot (1879-1970) te Stavoren, de vader van schenker Auke de Groot, die zijn vader in de zeilmakerij opvolgde.

Identificatie
Titel
Twee houten masthoepels, afkomstig van een palingaak.
Objectnummer
FSM-J-328
Objecttype
  • Masthoepels
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000010947
Over
Onderwerpen
  • Palingaken
    Heegeraak, soms ook een Lemmeraak of ander type, waarmee men men paling naar Engeland gebracht werd of die in verband met de palinghandel permanent in Londen gemeerd lagen. (debinnenvaart.nl)
Vervaardiging
Maker
  1. Onbekend
Datering
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
  • IJzer
    Fe. Dichtheid 7,86 kg/m3. Metaal dat in de bouw zeer veel is toegepast, vooral voor het opnemen van trekkrachten in verankeringen, trekstangen e.d.. Het heeft het nadeel dat het sterk kan corroderen (roesten), waarna door volumevermeerdering schade aan bouwdelen kan optreden. Ook gebruikt voor spijkers, hang- en sluitwerk, siersmeedwerk en vele andere doeleinden. In XVII werd vooral vanwege de taaiheid en buigbaarheid veel ijzer uit Zweden betrokken en als zodanig in bestekken vermeld.Kan ook worden gegoten in vormen. Gietijzer bevat 3-5 koolstof, is bros en kan geen trekkrachten opnemen. Smeedijzer bevat ongeveer 0,1 koolstof. IJzer met zeer weinig koolstof wordt staal genoemd.
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA