Datering
Maker Onbekend

Balk met belastingmerk, afkomstig uit een schip.

Balk uit een houten schip. Het hout is aan een zijde ongeverfd en afgebrokkeld. De rest is zwart geverfd. In de balk brandmerken: het getal 41, een leeuw, de letter K en een afgebrokkeld merk. Aan de achterkant restanten van spijkers.
In oude correspondentie van de familie Van Waning blijkt dat op het afgebrokkelde gedeelte van het spant nog meer brandmerken stonden. In een brief van J. Morra aan C.J.W. van Waning van 13 nov. 1952 wordt het merk omschreven als: '41 leeuw KP5'. De brandmerken zijn de merken van de patentbelasting. Sedert 1806 waren de werkende inwoners, in navolging van Frankrijk, onderworpen aan het patentrecht, dat niet gebaseerd was op de opbrengst maar op de aard en omvang van hun beroep of bedrijf. De schippers vielen niet onder het patentrecht omdat zij al tonnengeld betaalden. Toen deze belasting verviel moesten ook de schippers bij wet van 6 april 1823 patentrecht betalen. Er werden zes scheepsklassen vastgesteld en en de hoogte van de patentbelasting was afhankelijk van het tonnage. Verklaring van de merken: leeuw = belastingmerk, afgebrokkeld merk is het merk van het district Leeuwarden, K = 1876, 41 = het 41ste schip dat werd gemerkt. Het spant is afkomstig van het jacht De Vriendschap. Het jacht is in 1832 gebouwd. Dit aldus een van de eigenaren, Hein Appeldoorn. Het jaartal zou gesneden zijn in de bedelbalk van de tjotter. Bij het aanbrengen van een hoger voordek is deze bedelbalk verwijderd. De eigenaren van het jacht zijn bekend vanaf 1887. 1887: P. Schenkius uit Sneek was toen de eigenaar (naam: Meeuw). 1893: was H. van der Werff uit Leeuwarden de eigenaar (naam: Vriendschap). 1893-1905: G. Appeldoorn uit Leeuwarden (naam: Vriendschap). 1905-1910: A.D. Terwee, K. Bakker, Y. van Slooten en J. Marcus uit Leeuwarden (naam: Meeuw) 1910-1916: R. Wester uit Grouw (naam: Meeuw). 1916-1952: H.L. Morra (later J. Morra) uit Den Haag (naam: Louise) 1952-1959: W. Nieuwpoort uit Sliedrecht (naam: Meeuw) 1959-1966: A.J. Moll uit Rotterdam (naam: Meeuw) 1966-1979: M.J. en F.C. Marckmann uit Utrecht (naam: Vriendschap) 1979-1990: E. Pot uit Utrecht (naam: Vriendschap) 1990-1991: O.B. de Kriek uit Utrecht (naam: Vriendschap) 1991-1994: G. de Rooij uit Utrecht (naam: Vriendschap) 1994-1996: Jac. Sambrink uit Lekkum (naam: Vriendschap) 1996- : K. Hos uit Westerland Het jacht is ingeschreven in het Stamboek Ronde en Platbodemjachten onder nr. 134. Het zeilnummer is 88 RD.
literatuur: - W. Dolk, 'Vaartuigen tot vermaak, pleizerschepen van Leeuwarders, 1838-1894' in: Jaarboek Fries Scheepvaart Museum 1985, pp. 60-63. - knipselmap 'Patentbelasting' (verklaring der tekens). - Waterkampioen 1953, p. 299 - H. Eisma (geëxamineerd scheepsmeter te Dokkum), Handleiding ten Dienste van scheepsbouwers (F. Hessel - Heerenveen, 1856) - Jaarverslag Stichting Ronde en Platbodemjachten 1996 en 1997

Identificatie
Titel
Balk met belastingmerk, afkomstig uit een schip.
Objectnummer
FSM-J-342
Objecttype
  • Spanten
    Kapgebinten zijn een samenstel van dragende onderdelen van een kap in één vlak, haaks op het dakvlak, veelal opgebouwd uit een of meer elementen op elkaar.Roof trusses are an assembly of load-bearing parts of a roof in one plane, perpendicular to the roof plane, usually composed of one or more elements on top of each other.
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000015700
Over
Onderwerpen
  • Belastingen
    Belasting is een algemene, verplichte betaling aan de overheid door een persoon, waar geen individuele prestatie tegenover staat.Verplichte heffing van geld door de staat of lokale autoriteiten ten laste van personen, eigendom of bedrijven. (AAT-Ned)
Werk
Breedte
5.0 cm
Hoogte
11.0 cm
Lengte
49.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Onbekend
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA