Datering
Maker Batavus
Een paar Friese doorlopers van het merk Batavus en gebruikt door Abe de Vries.
Een paar Friese doorlopers. Platte halzen die voorzien zijn van een ruitvormig puntje. Volledig montuur, dat bij de hakleren enigszins beschadigd is.
De schaatsen zijn gebruikt door Abe de Vries uit Dronrijp, die in 1933 met Sipke Castelein de winnaar van de Elfstedentocht was. Toen Abe de Vries als dienstplichtig militair in Utrecht verkeerde bezocht hij regelmatig mevrouw Griet Oost-de Jong, die net als hij in De Knipe was geboren. Zij was na haar huwelijk in Utrecht komen wonen. Als dank voor de bezoeken kreeg zijn van hem een paar door hem gebruikte schaatsen. Volgens familieoverlevering heeft Abe de Vries hierop de Elfstedentocht van 1933 gewonnen. Er zijn echter advertenties bekend waarin wordt gesteld dat hij de tocht won op schaatsen van Ruiter te Akkrum. Gezien het feit dat Andries Gaastra pas in 1933 schaatsen begon te maken, is het aannemelijk dat Abe de Vries de schaatsen van de net-gestarte schaatsenfabriek cadeau kreeg, na zijn overwinning. Sipke Castelein had namelijk ook een paar doorlopers van de firma Batavus (inv.nr. 1988-084) terwijl hij de tocht heeft gereden op schaatsen van L.K. Hoekstra te Wergea.
De Elfstedentocht van 1933 was een heel merkwaardige. Die kon al worden gehouden toen het nog maar december was (op de 16e!) en het was bijna lenteweer. Er waren 339 tocht- en 173 wedstrijdrijders, van wie veruit de meesten de race moeiteloos voltooiden. Twee rijders, Abe de Vries uit Dronrijp en Sipke Castelein uit Wartena, die zich in de wedstrijd duidelijk de sterksten toonden, spraken af gelijktijdig te zullen finishen. Maar Abe de Vries zag het in het ijs gekraste eindstreepje over het hoofd en ging er een seconde eerder dan z'n Castelein overheen. Met begrip voor de gemaakte afspraak en omdat het verschil tussen beiden zo gering was, beloonden de organisatoren beide rijders met een grote gouden medaille van de eerste prijs. Bovendien werden hun beide namen als winnaars vermeld op het Elfstedenmonument aan de Heliconweg in Leeuwarden. De tijd die De Vries en Castelein op hun Friese schaatsen voor de race nodig hebben, was even meer dan negen uren, tot dan toe de snelste tijd.
Andries Gaastra (1879-1945) nam in 1917 de Phoenix rijwielenfabriek in Heerenveen over. Vanaf 1933 werden in deze fabriek naast fietsen ook schaatsen gemaakt. bij de Wereldtentoonstelling van 1935 in Brussel kreeg Batavus de Grand Prix. In 1939 nam zoon Gerrit Gaastra (1900 - ) de zaak over. Na de Tweede Wereldoorlog werd het hotel Vernimmen in bedrijf genomen als schaatsmakerij. In 1955 werd de productie van schaatsen gestaakt. De voorraad schaatsijzers werd opgekocht door de firma Zandstra te Sneek die ze verkocht onder het merk Zandstra - Sneek.
literatuur:
- W. Blauw (e.a.) Friese schaatsenmakers (Franeker, 1994), pp. 95-96.
Reacties