Datering
Maker P. & S. Dijkstra
Koperen schaaltje. Souvenir van de Elf en Dertigtocht van 1940.
Roodkoperen schaaltje. Ovaal van vorm. Applique met een gedreven en gegraveerde voorstelling van het wapen van Friesland met aan weerszijden op een banderol: "Elf-en-dertig / tocht 1940". Gekartelde rand.
Het schaaltje is een souvenir die werd uitgereikt na het volbrengen van de Elf en Dertigtocht.
De Elf en Dertigtocht was een 'reclametocht' op initiatief van de Friese Provinciale VVV. Zij hoopten hiermee het toerisme in de Provincie te stimuleren. De tocht werd breed aangekondigd in de Leeuwarder Courant maar ook landelijk. Zo staat in de Telegraaf van 17 maart 1934 de tocht als volgt aangekondigd: 'De Provinciale Friesche Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer treft voorbereidingen voor een grootsche reclamecampagne voor „Mooi Friesland". In navolging van den traditioneelen „Elf Steden Tocht op schaatsen, worden thans rondritten georganiseerd langs de 11 steden en 30 gemeentehoofdplaatsen onder den naaam van „Elf en Dertig Tocht". leder, die dezen tocht vvil maken, kan dit doen tusschen 15 Juni en 15 September. Hij wordt vrijgelaten in de keuze van zijn transportmiddel, in het tijdstip waarop hij den tocht wil aanvangen, in den tijdsduur, waarin die wordt volbracht en in de route, welke hij wenscht te volgen. De tocht kan dus plaats vinden per auto. motorfiets, rijwiel, motorboot, zeiljacht of kano. Dit is mogelijk, omdat de 41 hoofdplaatsen door een dicht net van wegen en wateren zijn verbonden. ... Deze „Elf en Dertig Tocht", die gebouwd is op Friesche traditie, is bijna vijfhonderd kilometer lang. Hij voert den deelnemer door het uitgestrekte merengebied, langs zee en strand, door eenige duizenden hectares bosschen en heidevelden (de Friesche Veluwe) en door stadjes, beroemd om hun oud-Stedeschoon. Hij kan per auto in één dag worden volbracht. Doch wil men van al dit natuurschoon behoorlijk genieten, dan is het noodzakelijk, het „op zn elf en dertigst" te doen. Daarom doet men verstandig, als minimum-tijdsduur te stellen: per auto twee dagen, per fiets drie à vier dagen en per motorboot een week.' (Bron: De Telegraaf, 17-03-1934, p. 4. Geraadpleegd op Delpher op 07-06-2022, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110572034:mpeg21:p006).
Voorafgaand aan de tocht waren er in mei speciale 'journalistenritten' om zo aandacht voor de tocht te genereren. Voor de oorlog werd de tocht elk jaar gehouden. Daarna nog slechts enkele keren.
In 1914 startte koperslager Klaas Dijkstra (1895-1969) in zijn ouderlijk huis in de Kloosterdwarsstraat een eigen atelier. Hij had zijn ervaring opgedaan bij de bekende zilversmid Thijs de Haas. Het bedrijf groeide snel en het personeelsbestand groeide naar 22 personen waaronder zijn broers, zuster en vader. Een belangrijke klant was Douwe Egberts, die producten van Dijkstra aanbood voor koffie- en theepunten. Deze voorwerpen werden gemerkt als “Friesche Koper Kunst” waardoor zij te onderscheiden waren van de in opdracht vervaardigde stukken.
In 1929 kelderde de economie en daarmee de vraag naar koperen luxe-artikelen. Ook Douwe Egberts nam geen producten meer af. Klaas verliet het bedrijf en zijn broers Piet (1896-1966)en Sander (1901-1940) Dijkstra namen in 1937 het afgeslankte bedrijf over. Zij merkten hun voorwerpen met het merk “P&S Dijkstra” Na de dood van Sander in 1940 ging Piet Dijkstra verder met de uit het eigen bedrijf afkomstige ciseleur Hendrik Ferwerda.
In 1944 kwam Jan Dijkstra (1928-2005) in dienst bij zijn vader Piet. Later nam hij de zaak over. Jaarlijks werd er o.a. door hem een koperen koekepan gemaakt voor de Sneker Panschipper.
Reacties