Datering

Spinnewiel met vleugels

Spinnewiel met voetaandrijving. Schuine iepenhouten bank op drie schagende poten waarvan de voorste twee zijn verbonden door een voetregel. Hieraan is de voetaandrijving bevestigd. Links het spinrokken met kluwen en een holle spil, respectievelijk de spil met opwindspoel en vleugels, beide met snaarschijf. Rechts een vork waarin het aandrijfwiel met tien spijlen. De verbindende eikenhouten delen zijn gedraaid.

Identificatie
Titel
Spinnewiel met vleugels
Objectnummer
C1906-022
Objectcategorie
textielvervaardigingsuitrusting
Objecttype
  • spinnewiel
    Toestellen om draad of garen te maken van vezels, waarin de draadvorming plaatsvindt met behulp van een wiel dat met de hand of via een voetpedaal wordt aangedreven en dat het garen om één spoel draait. Ze zouden zijn uitgevonden in India en zijn in de Middeleeuwen via het Midden-Oosten in Europa geïntroduceerd, waar ze veel gebruikt werden tot in de 18de eeuw, evenals in Noord-Amerika na de kolonisering. Gebruik ‘spinmachines’ voor de spinmachines met meer dan één spoel die in de 18de eeuw werden ontwikkeld. (AAT-Ned)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/srm-collect-10000303
Werk
Breedte
81.00 cm
Hoogte
99.50 cm
Diepte
53.00 cm
Museum
Stg Rijksmuseum Muiderslot
Vervaardiging
Datering
Materiaal
  • iepenhout
    Iepenhout is een inheemse houtsoort dat afkomstig is van de iep. Het hout is zeer taai, vrij hard en wordt weinig gebruikt als timmerhout omdat het snel door houtworm wordt aangetast als het niet regelmatig in trilling wordt gebracht. (Haslinghuis)
  • eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)Oak is the wood of Quercus robur. The wood is hard and highly resistant to water. It has been widely used in northern Europe in construction, for ships, furniture and panels. (Conservation Dictionary)Oak wood is the wood of the oak tree. Oak is a very durable type of wood with wide pores, and with wide glistening mirrors when cut on the dead end. It is important material for beams, hoods, frames, doors, paneling and the like. Very widely used until the 17th century, nowadays it is expensive due to its scarcity and almost completely replaced by softwood. It is easy to cut and therefore suitable for making furniture. For paneling, people liked to use wagon shot and split planks. Oak wood was usually designated by its place of origin or transit port: e.g. Deventer wood, Zutphen planks, Hasselt wood (supplied along the Overijsselian Vecht), Rhenish oak, Wesel wood (supplied along the Lippe, Ruhr and Rhine rivers), Brabant wood. Nordic oak wood came from northern Germany and the Baltic countries. In the eastern Netherlands a lot of native oak was processed. Nowadays mainly French, Westphalian and Slavonian oak is in trade. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
Alle rechten voorbehouden

Trefwoorden