Datering
Maker D. Waller

Gedicht opgedragen aan Mr. Gerrit Hooft

Dit gedicht is geschreven voor Gerrit Jacobszoon Hooft. De schrijver, D. Waller, eert Gerrit in vier strofen van ieder zes-regels. De naam Gerrit komt vaker voor in de stamboom van de familie Hooft. Waarschijnlijk gaat het in dit gedicht om de Gerrit Hooft die geboren is op 11 april 1772 en overleden op 30 september 1801. Gerrit was commissaris in Amsterdam. Afhankelijk van de specifieke functie die hij bekleedde, was hij als commissaris verantwoordelijk voor de regulering en beheer van de stad. Denk bijvoorbeeld aan het toezichthouden op de financiën of het handhaven van de openbare orde. Gerrit komt uit dezelfde familie als Pieter Corneliszoon (P.C.) Hooft, maar is geen directe afstammeling van hem. Toch benoemt Waller de relatie tussen Gerrit en P.C. Hooft. Dit doet hij door een woordspeling te maken op het woord ‘lauwerkrans’. Waller schrijft namelijk ‘lauwer-glanssen’. Hij rijmt dit in de volgende regel op ‘bekransen’. De lauwerkrans wordt vaak als symbool gebruikt voor P.C. Hooft, die als bijnaam ‘de gelauwerde dichter’ had. Hiermee wil Waller zeggen dat Gerrit in zijn werk net zo goed is als zijn bekende familielid P.C. Hooft. De befaamde lauwerkrans past perfect! Lees hieronder het gedicht van D. Waller aan Gerrit Jacobszoon Hooft: De School der Moeder aller Taalen, In Gysbrechts Stad, van ouds vermaard, Laat, aan Zes rangen zich bepaalen, Daar Lof, zich voor de Vlyt verklaard! En Schenkt, voor vorderings beuysen, Eer boeken; tweemaal’s jaars, tot prysen. Wie dan de Zesde van deez’ Rangen, En dus, die School, geheel verlaat, Naar Maagschaps Vriend en Zelvsverlangen; Mag daar hy, op den Kansel staat, Wel uitgedoscht! Aan greetige Ooren Met moed, zijn kundigheên, doen horen. Zo koomt dan ’t einde de arbeid kroonen; Den Redenaar heeft roem behaald: Het afscheids Eer boek zal ’t betoonen! Daar Vreugde en dank, ten ooge uitstraald, Van hem, die voords zich wil begeeven, Tot hoogere oeff’ninge op te streeven. Dus verre, zyt Gy, thands gekoomen, Regtaarte Telg, des Stams van HOOFT! Deeze uchtend, is met vreugd vernoomen, Dat uw begaavdheid, veel belooft. Geluk! Men ziet reeds Lauwer-glanssen! Die uw Rechtskundig Hoofd, bekransen.

Identificatie
Titel
Gedicht opgedragen aan Mr. Gerrit Hooft
Objectnummer
MH1933-220
Objectcategorie
literatuur
Objecttype
  • gedicht
    Schriftelijke of mondelinge composities die worden gekenmerkt door gecomprimeerde formuleringen, door woorden die zowel omwille van hun klank en suggestieve kracht als hun betekenis zijn gekozen, en door het gebruik van literaire technieken zoals gestructureerd metrum, natuurlijke cadansen, rijm of beeldspraak. (AAT-Ned)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/srm-collect-899
Werk
Breedte
14.50 cm
Hoogte
17.50 cm
Museum
Stg Rijksmuseum Muiderslot
Vervaardiging
Maker
  1. D. Waller (schrijver)
Datering
Materiaal
  • papier
    Verwijst in het algemeen naar alle typen vervilte vellen of weefsels die bestaan uit vezels, die uit in water gedompelde pulp zijn gevormd en gedroogd op een fijn schepraam. De vezels kunnen dierlijk zijn, zoals haar, zijde of wol, of mineraal, bijvoorbeeld asbest. Ook kunstvezels zijn een mogelijkheid. Het meeste papier wordt echter gemaakt van plantenvezels van bijvoorbeeld houtpulp, gras, katoen, linnen en stro. (Project Fotografie)Refers generally to all types of thin matted or felted sheets or webs of fiber formed and dried on a fine screen from a pulpy water suspension. The fibers may be animal, such as hair, silk or wool, or mineral, such as asbestos, or synthetic. However most paper is made from cellulosic plant fiber, such as from wood pulp, grass, cotton, linen, and straw.
Techniek
  • Geschreven
    Het met de hand vormen van letters en woorden. (AAT-Ned)
Aankoop & Licentie
Licentie
Alle rechten voorbehouden