Datering
Maker onbekend
Muts voor jongen
De jongensmuts is een rozetje met zes banen eromheen, het meisjesmutsje bestaat uit een middenbaan met twee zijbanen. 's Zomers is het mutsje van katoen, en rondom afgewerkt met langet. Voor hoogtijdagen heeft men bij voorkeur een mutsje van een mooie sitsen stof. 's Winters is de muts veelal van een zwaardere stof, bv. damast- of japonstof (een wollen vilt-achtige stof), omgeboord met wollen of zijden koor.; Gebruikte men voorheen twee keelbanden om de muts op zijn plaats te houden, een bij de orenkap en een bij de (boven)muts, later is men alleen bij de (boven)muts een keelband blijven gebruiken. Een donkere kleur stof of een sober patroon, zijn kenmerkend voor het in de rouw zijn. Winterse jongensmuts.
Ouderwets ruggetjesgoed, halfwollen stof in blauw-rood. Bestaande uit een rozetje met zes baantjes eromheen, rondom afgewerkt met roodwollen koor met blauw en geel spiegeltje. In het rozetje een genaaid netje in rood, gevoerd met donkerblauwe indigo geverfde stof (kerreblauwtjes stof), voor in de winter.
Reacties