Datering
Maker Onbekend

Prikslede, beschilderd in Hindelooper trant.

Prikslede. Beschilderd in Hindelooper trant: rode ondergrond met daarop bloemen en ranken in wit, groen en blauw. In een van de krullen ligt een vrouwenfiguur. De zitplaats is donker, versierd met krullen. Op de achterzijde een gesneden en meerkleurig beschilderd hakkebord. Voorstelling: engel in de deur van een gebouw, ervoor een liggende man en een staande soldaat met speer.
De voorstelling op het hakkebord is waarschijnlijk een uitbeelding van het verhaal van de apostel Petrus die door een engel uit de gevangenis wordt bevrijd. De slede is beschilderd in de periode van revival van het Hindelooper schilderwerk in de 19de eeuw.
literatuur: - Archief Vereniging Fries Scheepvaart Museum, correspondentie A.M. Sustring - H. Halbertsma 24 feb. 1964. - Sneeker Nieuwsblad 24 april 1964. - Jaarboek Fries Scheepvaart Museum 1964, p. 19-20 - Gosse Blom 'Hardpykjen yn Hylpen' in: Frysk en Frij, juli 1997, pp. 42-43

Identificatie
Titel
Prikslede, beschilderd in Hindelooper trant.
Objectnummer
FSM-N-009
Objecttype
  • Priksleden
    Een prikslee is een slee voor op het ijs die de sleeër met stokken moet voortbewegen. (Wikipedia)
  • Sleden
    Een slee is een voertuig dat kan worden voortgetrokken, door mens of een trekdier, zoals rendieren, paarden en, over een glad oppervlak (meestal sneeuw of ijs). Een slee heeft aan de onderzijde twee evenwijdige glijders (dunne balken meestal voorzien van een ijzeren beschermlaag), waarop het kan glijden. (Wikipedia)
  • Hindelooper schilderwerk
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000008280
Over
Onderwerpen
  • Hindeloopen
Werk
Breedte
95.0 cm
Hoogte
39.0 cm
Lengte
27.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Onbekend
Datering
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA

Trefwoorden