Datering
Maker Onbekend

Hakkebord met voorstelling van Salomo's rechtspraak.

Hakkebord. Aan twee zijden houtsnijwerk. Aan de ene zijde een voorstelling van Salomo's rechtspraak met eronder: 'I.REGUM 3.16.27' Aan de andere zijde de wapens van Amsterdam en Workum. Over de bovenrand van het hakkebord lofwerk van laurier, bloemen en fruit. Aan de zijde van de bijbelse voorstelling wordt de slinger bekroond met een gevleugelde engelenkop, en aan de zijde van de wapens met een bloem. De wapens hangen aan linten.
Het hakkebord is afkomstig van het beurtschip van Workum op Amsterdam. De meerkleurige beschildering is verwijderd, waarschijnlijk in de 19de eeuw, toen ongeverfd houten sculpturen in de mode waren. De voorstelling is ontleend aan een prent uit Pieter H. Schut, Historiën des Nieuwen Testaments. De prent van Schut is terug te voeren op een anonieme prent uit 1614 (uitgave Cl.J. Visser) en gaat uiteindelijk terug op een schilderij van P.P. Rubens.
literatuur: - Sneeker Nieuwsblad 12 april 1955, 11 aug. 1955. - Archief Vereniging Fries Scheepvaart Museum, correspondentie Sustring - Halbertsma 17 maart 1960 - Catalogus scheepssier, Jaarboek Fries Scheepvaart Museum 1991, nr. 7 - Jaarverslag Fries Scheepvaart Museum 1955

Identificatie
Titel
Hakkebord met voorstelling van Salomo's rechtspraak.
Objectnummer
FSM-J-116
Objecttype
  • Hakkeborden
    Bovenspiegel, vlakwulf; kleine versierde spiegel aan de bovenkant van het achterschip. Ook wel het bovenste deel van de spiegel boven hekbalk en wulf dat de romp van achteren afsluit.
  • Scheepssier
    Al datgeen aan boord van een schip dat mooier gemaakt is dan strikt noodzakelijk is of dat voornamelijk voor het mooi aangebracht is. (De Binnenvaart)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000014699
Over
Onderwerpen
  • Workum
  • Amsterdam
  • Bijbelse figuren
Werk
Breedte
11.0 cm
Hoogte
65.0 cm
Lengte
89.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Onbekend
Datering
Materiaal
  • Hout
    Hout is een bouwmateriaal, afkomstig van boomstammen en -takken. Naast merg, spint en schors vormt het daarvan het voornaamste bestanddeel. Ten noorden van de Alpen is hout van oudsher het belangrijkste bouwmateriaal. Onderscheiden worden naaldhout van naaldbomen (dennen, grenen, vuren) en loofhout van loofbomen (eiken, beuken enz.). De stammen werden meestal in het groeigebied gekantrecht en per vlot of in een schip over water vervoerd. De houthandel en -nijverheid concentreerden zich in Nederland vooral in Dordrecht, Amsterdam, Deventer en later ook in de Zaanstreek. Voor regionaal gebruik concentreerde de houthandel zich ook in plaatsen als ’s-Hertogenbosch, Schoonhoven en Tiel. (Haslinghuis)
  • Eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)Oak is the wood of Quercus robur. The wood is hard and highly resistant to water. It has been widely used in northern Europe in construction, for ships, furniture and panels. (Conservation Dictionary)Oak wood is the wood of the oak tree. Oak is a very durable type of wood with wide pores, and with wide glistening mirrors when cut on the dead end. It is important material for beams, hoods, frames, doors, paneling and the like. Very widely used until the 17th century, nowadays it is expensive due to its scarcity and almost completely replaced by softwood. It is easy to cut and therefore suitable for making furniture. For paneling, people liked to use wagon shot and split planks. Oak wood was usually designated by its place of origin or transit port: e.g. Deventer wood, Zutphen planks, Hasselt wood (supplied along the Overijsselian Vecht), Rhenish oak, Wesel wood (supplied along the Lippe, Ruhr and Rhine rivers), Brabant wood. Nordic oak wood came from northern Germany and the Baltic countries. In the eastern Netherlands a lot of native oak was processed. Nowadays mainly French, Westphalian and Slavonian oak is in trade. (Haslinghuis)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA