Datering

Schuimspaan

Met behulp van een schuimspaan kun je schuim (vaak bestaande uit vet of drab) van kokende gerechten afscheppen. Dit schuim wordt ook wel droesem of bezinksel genoemd. Droesem heeft een negatieve invloed op de smaak van het eten. Daarom is het beter om het schuim eraf te scheppen. Soms wordt een schuimspaan ook gebruikt om eten uit kokend water of vet te halen. Denk bijvoorbeeld aan aardappelen of oliebollen. Een schuimspaan is vaak in de vorm van een lepel waaraan een groot rond blad met gaatjes zit. Deze schuimspaan is gemaakt van verkoperd gietijzer. Met behulp van klinknagels is het blad vastgemaakt aan de steel. Alleen rijkere burgers hadden geld voor keukengerei (voorwerpen die je in de keuken gebruikt, zoals servies, bestek en drinkbekers). Er werd dan ook zuinig met keukengerei omgegaan. Als iets stuk ging werd het eerst gerepareerd.

Identificatie
Titel
Schuimspaan
Objectnummer
M1993-001
Objectcategorie
voedselbereidingsuitrusting
Objecttype
  • schuimspaan
    Geperforeerd gerei, meestal met een handvat, dat wordt gebruikt voor het afromen van vloeistoffen. (AAT-Ned)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/srm-collect-354
Werk
Breedte
21.90 cm
Hoogte
52.70 cm
Museum
Stg Rijksmuseum Muiderslot
Vervaardiging
Datering
Materiaal
  • gietijzer
    Gietijzer is hard, bros en niet smeedbaar ijzer, verkregen door ruwijzer in een koepeloven te smelten. Soms wordt er kalksteen aan toegevoegd, waardoor het ijzer wordt gezuiverd van zwavel, fosfor e.d.. Het wordt sedert de vijftiende eeuw toegepast. Het gietijzer kreeg vooral in de negentiende eeuw ruime toepassing voor talrijke onderdelen in de bouw, zoals ankerrozetten, goten, kaponderdelen en kolommen, maar ook voor bruggen, grafmonumenten, plantenkassen en zelfs hele gebouwen, zoals het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam (1861). Elementen voor vuurtorens werden eveneens van gietijzer gemaakt en op de bouwplaats gemonteerd. De laatste ijzergieterij van belang in Nederland werd in 1983 gesloten. (Haslinghuis)Cast iron is hard, brittle and nonmalle iron obtained by melting pig iron in a cupola furnace. Sometimes limestone is added, purifying the iron of sulfur, phosphorus, etc. It has been used since the fifteenth century. Cast iron received wide application, especially in the nineteenth century, for numerous components in construction, such as anchor rosettes, gutters, hood parts and columns, as well as for bridges, tombs, greenhouses and even entire buildings, such as the Paleis voor Volksvlijt in Amsterdam (1861). Elements for lighthouses were also made of cast iron and assembled on site. The last iron foundry of importance in the Netherlands closed in 1983. (Haslinghuis)
  • koper
    Te gebruiken voor het zuivere metaalelement met het symbool Cu en het atoomnummer 29; het is roodachtig van kleur en is zeer smeedbaar en kneedbaar. Ook te gebruiken voor het metaal wanneer het woirdt bewerkt en gevormd om, meestal in combinatie met andere stoffen, verschillende voorwerpen en materialen te maken. (Toegepaste Kunst Project, RKD)
Techniek
  • Gegoten
    Het smelten (in verband met glas ook het fuseren) en in een vorm gieten van materialen, bijvoorbeeld metaal of glas.
Aankoop & Licentie
Licentie
Alle rechten voorbehouden

Trefwoorden