Datering
Maker onbekend
Jak voor een vrouw
Middag- of loopjak van ouderwets korenblauw uit 1900. Het model is oorspronkelijk uit 1920 maar is vermaakt. Het jak vertoont een 18de eeuwse nadenloop. Begin 19de eeuw werd het jak gestileerd naar de heersende mode. De hoge taillelijn op de rug is afgeleid van de empirestijl. In de 20ste eeuw zakt deze taillelijn en is na 1940 nagenoeg recht. Waarschijnlijk omdat het eenvoudiger en voordeliger knippen is zijn de mouwen deels aangeknipt. Zwarte wollen jakken zijn voor de zware rouw. Hofrouw en swisserse jakken voor de lichte rouw. Brung voor de zondag, het dopen, belijdenis en het bruidsjak. Nachtgrondsits voor het bruidskostuum, dopen en belijdenis. Korenblauw voor door de week. Gooiers korenblauw voor de zondag. Het jak wordt nu alleen buiten in de winter gedragen. Tot in het begin van deze eeuw het gehele jaar. Dit jak is omstreeks 1938 aangepast aan de mode in de dracht. De schoten worden dan langer en omdat de kraplap breder is moeten ook de jakken verbreed. de achterplooi wordt vastgezet. Na 1945 worden de schoten weer korter. De plooien worden omstreeks 1950 vastgezet
Gedetailleerde beschrijving
Donkerblauwe ondergrond met klein bloemmotief in rood en geel, in de voorzijde van de schoot zijn andere lapjes verwerkt. Ook elders veel lapjes ingezet. Motief heet roosjes; korenblauw. Het model is vermaakt. De schoot is verlengd, plooi vast gezet Op de rug en aan de hals verbreed vanwege de kraplap. De figuurnaden van de hals naar de oksel zijn uitgelegd. De taillelijn is achter recht, boven de stolpplooi twee gekleurde knoopjes. Het jak sluit met 6 koperen haken en ogen, de manchetten sluiten met twee knoopjes, rechts twee zwarte, links een koperen en een stoffen knoop. De voering van het lijf is donkerblauwe keperkatoen, langs de hals links een klein ruitje rechts een grotere,De schoot is gevoerd met diverse blauw/witte ruiten, de ondermouwen met een kleine ruit, rood met een blauwe ruitstreep.
Reacties