Datering
Maker onbekend
Jak voor vrouw
Omstreeks 1850 waren de borstrokken gekleurd. Sinds het eind van de 19de eeuw zijn ze van zwarte wol. De strik en de munsters zijn uit de rouw van gebloemde zijde, in de lichte rouw van doffe zijde, in de zware rouw van tibet. De borstrok wordt over de kraplap gedragen, samen met het zwarte schort, de zwarte doek en de wantjes. Tot ong.1945 werd de bortsrok naar de kerk en op feestdagen gedragen, daarna alleen nog naar het heilig avondmaal. Wanneer het jakje van serge is gemaakt heet het een liffien. Dit werd tot het begin van de 20e eeuw gedragen bij koud weer en bij het uitgaan.
Gedetailleerde beschrijving
Jak van serge, vierkante hals, heeft een beleg van gebloemde zwarte zijde (de strik). De mouwen hebben een zijden omslag van een ander patroon, de munsters. De zijnaden lopen naar acher en eindigen in een splitje, en deze zijn afgezet met een kloskoordje die doorloopt tot aan de voorsplitjes. De voorkant sluit met 2 koperen haken en ogen, (een haak mist), bovenaan met twee koordjes. Gevoerd met grijze flanel.
Reacties