Ter haringvangst gaan, zowel op de Zuiderzee als de Noordzee.1) zeevisserij: een rechthoekig, verticaal in het water zwevend visnet; meerdere drijfnetten aan elkaar worden verbonden tot een vleet waarmee zij met het schip zijn verbonden en vormen een verticaal in zee staand (niet gesleept) lang netgordijn; de vismethode is erop gebaseerd dat de vis zich in de mazen van het net verstrikt tijdens het opzwemmen; is eeuwenlang een belangrijke methode van haringvisserij geweest.2) binnenvisserij: driewandig net (tussen twee laddernetten met wijde mazen is een fijnmazig net, de boezem); een stroomopwaarts zwemmende vis drukt de boezem door de ladermazen en vormt aldus een zak waarin hij gevangen raakt; werd veel gebruikt voor de vangst van trekvissen (zalm, elft, fint).
Botter
Een middelgroot vissersschip met een relatief hoge voorsteven en een laag open achterschip. (Licht aan boord (2010))Vissersvaartuig van vooral het zuidelijke deel van de Zuiderzee. Viste in het bijzonder met sleepnetten en met kuilnetten. De botter had een licht V-vormig vlak met een even uitspringende kiel, hoekige kimmen en een bol openvallend, gladboordig beplankt boord. De lichtgebogen voorsteven viel vrij sterk naar voren, de rechte achtersteven had een nogal sterke valling. Het voorschip was bol, maar niet vol gebouwd en sterk geveegd, evenals het slank gebouwde achterschip. De botter had een hoge kop. Het voorschip was gedekt tot aan de mast. Daarachter bevindt zich het ruim waarin bij visbotters een grote bun stond. Botters hadden verschillende kenmerken naargelang hun herkomst. (MARDOC)
Haringvlet
Naam van scheepstype; overnaadse rondspantvlet die in Huisduinen en Den Helder werd gebruikt voor het vissen op volle haring.Kleine roeiboten (vletten) gebruikt door de haringtrekkers van Nieuwediep bij Den Helder om vanaf het strand de haringzegen uit te zetten en binnen te halen. (MARDOC)Grote houten vlet, gebruikt voor de visserij, vletwerk, als reddingboot, bij bergingen en soms als zelfs als lichter. Deze vletten boden vaak plaats aan 6 tot 10 roeiers plus een roerganger, die een stuurriem hanteerde. (De Binnenvaart)
Reacties