Datering
Kaaspakhuis Landsmeer
Nadat het kaaspakhuis van Simon Goede in 1900 was afgebrand, liet hij dit ‘witte pakhuis’ bouwen. Twee maal per jaar, in mei en augustus, werd het pakhuis volgeladen met 15.000 magere Goudse kazen van 4 kilo. De kazen moesten regelmatig worden gekeerd en met olie worden ingewreven om de kaas te beschermen tegen uitdroging en schimmelvorming. Door de ramen en de deuren van het pakhuis open te zetten, werd het drogen van de kaas versneld. Wanneer de kaas na drie maanden rijp was, werd hij naar Rotterdam getransporteerd en vandaar naar het Caraïbisch gebied verscheept. De groeiende buitenlandse vraag naar jonge kaas na de Tweede Wereldoorlog maakte de sneldrogende pakhuizen onrendabel en in 1965 werd het werk in Landsmeer gestaakt. In 1980 is het 25 ton zware pakhuis in zijn geheel op een ponton over het IJsselmeer naar het Zuiderzeemuseum getransporteerd. Het kaaspakhuis werd aan het Zuiderzeemuseum geschonken door de familie Hartog.
Het interieur was vrijwel geheel weggebroken om plaats te maken voor botenopslag. Het interieur, voornamelijk stellages met kaasplanken, is alleen waar constructief noodzakelijk gereconstrueerd; dus alleen een gedeelte van de stijlen die de zolderbalken mede ondersteunden.
Reacties