Datering
Maker

Beddenbank

Deze bankjes worden Amelander beddenbankjes genoemd. Maar de bankjes zijn niet alleen op Ameland gebruikt. In de 18de eeuw heetten deze bankjes Sardammer bankjes. Dat geeft aan dat ze in de Zaanstreek gemaakt werden. Misschien werden de bankjes al snel nagemaakt op Ameland. Maar het is ook mogelijk dat ze altijd uit Noord-Holland of Friesland meegenomen werden.

Gedetailleerde beschrijving

Beddebank waarvan de zijkanten tot onderaan doorlopen als sleepoten. De zijkanten zijn onderaan accoladevormig geschulpt. De voor- en achterkant zijn boogvormig uitgezaagd, waarbij aan de voorkant onderaan de boog een krulvorm is uitgezaagd, als bij een steunstuk. Beschildering: Op de voorkant die een rode ondergrond heeft zijn in drie ovale medaillons vrouwenfiguren voorgesteld. Links in een staand ovaal een personificatie, waarvan de attributen afgesleten zijn; in het midden in een liggend ovaal een personificatie waarvan de attributen ook afgesleten zijn en rechts in een staand ovaal een vrouw met helm en schild, Minerva voorstellend. Tussen de ovalen is in witte letters een opschrift aangebracht, dat vrijwel geheel afgesleten is. Langs de boogvorm heeft de voorkant een bruine rand. De achterkant is roodbruin geschilderd, het gehele blad donkerbruin en de zijkanten zijn roodbruin (donkerbruin, wit) gemarmerd.Compleetheid: De krul rechts onderaan de voorkant ontbreekt. De achterkant is ook incompleet; daar ontbreekt aan beide zijden onderaan een klein stukje van de boogvorm. Herkomst: Mogelijk is het beddebankje vervaardigd in de Zaanstreek.

Identificatie
Titel
Beddenbank
Objectnummer
B000146
Objectcategorie
Meubilair
Objecttype
  • bedbankje
    Bankje die in inklimmen in een bedstede vergemakkelijkt.
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/zzm-collect-2871
Werk
Breedte
86.0 cm
Hoogte
44.0 cm
Diepte
29.0 cm
Museum
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Vervaardiging
Maker
  1. (vervaardiger)
Datering
Materiaal
  • vurenhout
    Het Nederlandse woord vuren is de genormeerde naam voor het hout van de fijnspar (Picea abies). Het wordt dan vurenhout genoemd. In Nederland is vuren de meest gebruikte naaldhoutsoort, en daarmee de meest gebruikte houtsoort. Het is niet alleen makkelijk te bewerken maar ook relatief goedkoop
  • eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)Oak is the wood of Quercus robur. The wood is hard and highly resistant to water. It has been widely used in northern Europe in construction, for ships, furniture and panels. (Conservation Dictionary)Oak wood is the wood of the oak tree. Oak is a very durable type of wood with wide pores, and with wide glistening mirrors when cut on the dead end. It is important material for beams, hoods, frames, doors, paneling and the like. Very widely used until the 17th century, nowadays it is expensive due to its scarcity and almost completely replaced by softwood. It is easy to cut and therefore suitable for making furniture. For paneling, people liked to use wagon shot and split planks. Oak wood was usually designated by its place of origin or transit port: e.g. Deventer wood, Zutphen planks, Hasselt wood (supplied along the Overijsselian Vecht), Rhenish oak, Wesel wood (supplied along the Lippe, Ruhr and Rhine rivers), Brabant wood. Nordic oak wood came from northern Germany and the Baltic countries. In the eastern Netherlands a lot of native oak was processed. Nowadays mainly French, Westphalian and Slavonian oak is in trade. (Haslinghuis)
  • verf
    Iedere dispersie van een pigment in een oplosmiddel van water, olie of een andere organische stof. (AAT-Ned)
Techniek
  • Geschilderd
    Schilderen: oppervlakkige behandeling, bestaande uit het aanbrengen van één of meer verflagen.
Aankoop & Licentie
Verworven
bruikleen 3 april 1950
Licentie
BY-SA
Locaties
  • Ameland
  • Enkhuizen
Reproductie
Vervaardiger van reproductie
Picturae