Datering
Slagerij
Houthandelaar Brantjes heeft dit huis in de negentiende eeuw laten bouwen op het terrein van zijn houthandel aan de oever van de Where. Na de aanleg van het Noordhollands Kanaal (1818-1824) had hij daar zijn bedrijf gevestigd. Het hout werd aangevoerd over de Where, die in verbinding stond met het nieuwe kanaal. Het hout werd gezaagd in een houtzaagmolen en vervolgens opgeslagen in loodsen. De familie Brantjes woonde in een villa die op hetzelfde terrein was gebouwd. Naast de villa stond dit huis, dat dienst deed als gastenverblijf. In dit huis is een slagerij en slachtplaats ingericht met objecten van het Nationaal Slagerij en Vleesmuseum.
Gedetailleerde beschrijving
Oude situatie: begane grond: woonkamer, keuken; verdieping: slaapkamers (in huidige situatie zijn deze ruimtes voor vergader- en kantoorgebruik geschikt gemaakt). Houthandelaar Brantjes liet naast zijn villa deze woning optrekken voor zijn personeel. Dit gebeurde omstreeks de eerste helft van de 19de eeuw, toen het Noord-Hollands kanaal was aangelegd en hout via het kanaal en de rivier de Where aangevoerd kon worden naar Purmerend. De houtopslagloods stond op hetzelfde terrein als de villa en de personeelswoning. Dhr. D. Bier (New Sealand) blijkt van ca. 1930-1936 in het huis gewoond te hebben, buren waren de uitgeversfirma van de fam. Muussen(?) en de houthandel "Brantjes", huis bewoond door de fam. Jonk. Dhr.Jonk reed in een T-Ford vrachtwagen rond, deze was speciaal ingericht met een kleine cabine en aan weerszijden stapels hout, waardoor in- en uitstappen bemoeilijkt werd. Ouders huurden het huis in ca. 1930. Er werd door vader en zoon flink wat eigenhandig verbouwd 's avonds na werktijd: muur doorgebroken tussen de twee achterkamertjes, achterkamerschoorsteen ingekort, vloer in de schuur opgehoogd en schoongemaakt, schildersstuk op pleisterwerk aangebracht, regenwater(?)put onder kamervloer gedempt, kozijn in de rechterzijgevel gemonteerd. Bij deze handeling ontdekten vader en zoon een plankje tussen de vloerconstructie met het opschrift: "Claes Boekjes 1856". Vader en zoon voegden hun namen eraantoe en het jaartal en legden het plankje weer terug. Huiseigenaar H. de Bruin liet de veranderingen toe, "zolang het hem maar niets hoefde te kosten en het perceel in waarde toenam" (volgens de brief van dhr. D. Bier): een verzakking van de voorkamerschoorsteen moest de fam. Bier maar oplossen door gips in de kier tussen het plafond te smeren. Dhr. D. Bier dacht vroeger dat het huis een koetsierswoning was van het grote huis vanwege de schuur links van het huis, dat plaats bood aan twee grote rijtuigen in het voorgedeelte en in het achtergedeelte een paarderuif. Geen WC aanwezig, maar "tonnetjessysteem" in de hoek van de paardestal: tonnen op handwagen geladen door mannen, gebracht naar rechthoekig vaartuig in de Singelgracht, dat 's middags wegboomde naar de vuilnisbelt. Het huis had last van ratten; zo werd de regenwater(?)put onder de kamervloer o.a. gedempt met glas en werd het wiegje van de jongstgeborene op blokken en stukken blik gezet. Het huis wordt ook wel "Noors huis" genoemd, waarschijnlijk vanwege de Noorse invloeden in de vormgeving.
Reacties