Datering

Vierdeurskast.

Gedetailleerde beschrijving

Vierdeurskast met einig geprofileerde kap, twee bovendeuren met spijltjes ter weerszijde van een middelstijl, twee onderdeuren waaronder een sokkel met lade en een weinig geprofileerde plint. De kast staat op bolpoten voor en vanuit de zijkanten doorlopende stijlen achter.; De bovendeuren bevatten elk negen balustervormig gedraaide spijltjes van zwartgemaakt hout. De onderdeuren zijn voorzien van twee panelen boven elkaar, elk binnen een geprofileerde omlijsting. De hoekstijlen zijn naast de bovendeuren en onderdeuren voorzien van een middenveld met geprofileerde omlijsting; het middenveld voorzien van een zeer smal kussen. De vaste middelstijl tussen de bovendeuren heeft dezelfde vorm evenals de middelstijl tussen de onderdeuren die in de vorm van een slaglijst aan de rechter deur bevestigd is. De hoekstijlen lopen door op de sokkel maar zijn daar glad. Ook het ladefront tussen deze hoekstijlen is glad, met middenvoor een gedraaide knop van zwartgemaakt hout. Tussen boven- en onderdeuren is een geprofileerde middelregel die niet op de zijkanten doorloopt.; Zijkanten: Kap, sokkellijst en plint lopen door op de zijkanten. Tussen kap en bovenlijst van de sokkel zijn de zijkanten met geprofileerde regels verdeeld in drie vakken boven elkaar. Daar onder, ter hoogte van de sokkel, heeft de kast een glad vlak.; Achterkant: De achterkant bestaat uit vier verticale planken, met messing en groef.; Hang- en sluitwerk: De bovendeuren hebben geen sluiting. In de paneelomlijsting van de rechter onderdeur bevindt zich een sleutelgat waarachter een ingelaten slot, dat sluit achter een metalen oog aan de plank in de kast.; Binnenkant: Achter de onderdeuren bevindt zich een plank over de volle diepte van de kast.

Identificatie
Titel
Vierdeurskast.
Objectnummer
013108
Objectcategorie
Meubilair
Objecttype
  • kast (meubilair)
    Bergplaats, meestal afgesloten met een of meer deuren, losstaand of ingebouwd. (Haslinghuis)Meubelstuk om alle mogelijke zaken in op te bergen. Staat veelal op poten of een voetlijst, heeft een of meer deuren en aan de binnenzijde legplanken, laden of een kledingrek. Kasten in kerken en kloosters kunnen deel uitmaken van de kerk- of klooster-geschiedenis, vanwege functie en gebruik. (Religieus Erfgoedthesaurus)
  • vierdeurskast
    Kast met vier deuren.
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/zzm-collect-16251
Werk
Breedte
123.0 cm
Hoogte
142.0 cm
Diepte
47.5 cm
Museum
Zuiderzeemuseum Enkhuizen
Vervaardiging
Datering
Materiaal
  • eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)Oak is the wood of Quercus robur. The wood is hard and highly resistant to water. It has been widely used in northern Europe in construction, for ships, furniture and panels. (Conservation Dictionary)Oak wood is the wood of the oak tree. Oak is a very durable type of wood with wide pores, and with wide glistening mirrors when cut on the dead end. It is important material for beams, hoods, frames, doors, paneling and the like. Very widely used until the 17th century, nowadays it is expensive due to its scarcity and almost completely replaced by softwood. It is easy to cut and therefore suitable for making furniture. For paneling, people liked to use wagon shot and split planks. Oak wood was usually designated by its place of origin or transit port: e.g. Deventer wood, Zutphen planks, Hasselt wood (supplied along the Overijsselian Vecht), Rhenish oak, Wesel wood (supplied along the Lippe, Ruhr and Rhine rivers), Brabant wood. Nordic oak wood came from northern Germany and the Baltic countries. In the eastern Netherlands a lot of native oak was processed. Nowadays mainly French, Westphalian and Slavonian oak is in trade. (Haslinghuis)
Techniek
  • Draaien (draaibank)
Aankoop & Licentie
Verworven
aankoop
Licentie
BY-SA
Locaties
  • Onbekend
Reproductie
Vervaardiger van reproductie
Wim Zandbergen

Trefwoorden