Datering
Maker Eeltje Holtrop van der Zee
Speelscheepje of lytse holle, vervaardigd door Eeltje Holtrop van der Zee te Joure.
Speelscheepje van het type Lytse Holle. De holle romp is overdekt met blik.
Rondhouten en tuigage: Het speelscheepje heeft één mast. De mast wordt gehouden door een voorstag op de metalen botteloef (in het fries loefbyter). De zeilen zijn van witte katoen: een stagfok en een grootzeil. Het voorlijk van de fok is met elf metalen leuvers bevestigd aan de voorstag. De hals van de fok is met een haak en een touw vastgezet op de botteloef. De fokkeschoot loopt met een ring over een metalen overloop. Het grootzeil is voorzien van een sterk gebogen gaffel. Het zeil is aan de gaffel vastgenaaid. Het voorlijk van het grootzeil is met twaalf masthoepesl aan de mast bevestigd. De hals is met een draad aan een oog in de mast bevestigd. In het achterlijk zijn drie plooien ingenaaid (voor het verkrijgen van bolling). De giek is aan de voorkant met een zwanehals opgehangen in een oog aan de mast. De achterkant van de giek hangt in een kraanlijn. De grootschool is met een ring vastgezet op een metalen overloop. De vallen van de zeilen zijn belegd op klampen aan de voet van de mast. Op de top van de mast een rode vleugel. Bij de tuigage van het speelscheepje is niet gebruik gemaakt van blokken, doch alleen van metalen ogen.
De romp: Het voorschip is rond. Het achterschip heeft een platte verticale spiegel. De bodem is rond en voorzien van een kiel, die aan de onderkant is verzwaard met metaal. Het speelscheepje is niet voorzien van een roer.
Het model van voor naar achter: De botteloef is met een blok vastgezet op de voorsteven. Het holle speelscheepje is overdek met een metaalplaat die is beschilderd alsof het dek van planken is gemaakt. Voor de mast de overloop van de fokkeschoot. Op het achterschip alleen de overloop van de grootschoot. De achterspiegel is voorzien van een profiellijst. Daarbinnen is de naam 'A.G. Brouwer' geschilderd.
Kleuren: De romp is wit met langs het dek een rode en blauwe bies. Het dek is beschilderd in een imitatie houtkleur met zwarte randen (planken suggererend). Rond het dek twee groene randen. De rondhouten zijn gelakt. De botteloef en de overlopen zijn zwart. De spiegel is wit met een rode profielrand en een opschrift in zwart. De stander is groen met wit.
Accessoires: stander.
Het speelscheepje is van het type Lytse Holle: de romp is korter dan 55 cm. (lyts) en het is niet massief (hol). Het speelscheepje werd gemaakt voor Arjen Gjalt Brouwer, geboren te Joure in 1879 en overleden te Rotterdam in 1947. hij was de enige zoon van Gjalt Arjens Brouwer (1854-1940) en Hiltje Taconis (1856-1950/1951).
Bij het scheepje hoort een verklaring van mevrouw M. van der Burg-Borger (een achternichtnicht van Arjen): 'Dit scheepje was eigendom van Arjen Gjalt Brouwer, geboren te Joure 1879 en gebouwd door Eeltje Holtrop van der Zee, scheepsbouwer te Joure, waarschijnlijk tussen 1880 en 1890'. Marijke Borger (geboren 1887) was getrouwd met Boke van der Burg. Haar ouders waren Johannes Borger (geboren 1857) en Rigtje Rinkes. De vader van Johannes Borger was Heero Borger (geboren 1828) en haar moeder was Marijke Riensk Geerts. De vader van Heero Borger was Johannes Heeres Borger en zijn moeder was Rimkje Wygers van Eyck. Zij hadden ook een dochter Tettje Borger (geboren 1830) die getrouwd was met Arjen Gjalts Brouwer. Hun zoon was Gjalt Arjens Brouwer (geboren 1854) die getrouwd was met Hiltje Taconis (geboren 1856). Hun zoon was Arjen Gjalt Brouwer (voor wie het scheepje is gebouwd). In 1946 kwam het scheepje in bezit van de kleinzoon van genoemde mevr. Marijke van der Burg-Borger, mr. Joh. Borger van der Burg. Deze liet het na aan de A.G. van Mill, die het in overleg met de familie Borger van der Burg schonk aan het museum.
De eenvoudigste speelscheepjes zijn klompscheepjes. De meer verfijnde modellen konden worden gebruikt om er gewoon mee te spelen in het water, maar er konden ook wedstrijden mee worden gehouden. De watersportplaats Grou heeft wat deze wedstrijden betreft een traditie. Vanaf 1907 werden ze er gehouden, eerst op initiatief van particulieren en vanaf 1914 onder auspiciën van de zeilvereniging Lyts Frisia, die er in 1924 zelfs de onderafdeling Jong Frisia voor oprichtte. Na de Tweede Wereldoorlog begon de animo voor het 'skipkesilen' te verflauwen, maar sinds 1968 is er sprake van een reveil. Er wordt gezeild in diverse klassen, zoals klompen A en klompen B, Lytse Folle, Lytse Holle, Grutte Folle en Grutte Holle en Meteoor. Ook in dorpen als Jirnsum, Terherne, Warten en Wergea en steden als Leeuwarden en Sneek werden en worden wedstrijden gehouden. In Burgum werd ook 'skipkesilen' gedaan. Daar was de kapper Hendrik Bulthuis de stimulator. Deze vermaarde ontwerper van de volgens het lattenbouwprincipe vervaardigde B.M.-er en 16 m², bouwde 's winters met de dorpsjeugd door hem ontworpen speelscheepjes, waarmee 'gehardzeild' kon worden.
Reacties