Datering
Maker Johannes de Groot
Speelscheepje in de vorm van een kajuitzeiljacht.
Speelscheepje in de vorm van een kajuitzeiljacht. Op spanten gebouwd.
Rondhouten en tuigage: Het speelscheepje heeft één mast. De mast en de giek zijn los. De andere rondhouten, de verstaging en de andere tuigage ontbreken.
De romp heeft een knikspantvorm. De voorsteven is scherp en loopt schuin omhoog. De achtersteven heeft een platte, schuin oplopende spiegel. Het scheepje is voorzien van een forse kiel die aan de onderkant met lood is verzwaard.
Het model van voor naar achter: Van de voorsteven naar de spiegel loopt een stootrand over de boorden. In het voordek een luik. De kajuit is kmidscheeps en is voorzien van een schuifluik en een schanrierde deur in de achterwand. Achter de kajuit een kuip. De zijwanden van de kajuit lopen naar achteren door en vormen zo - schuin naar beneden lopend - de kuipranden. In de kuip een achterbank. Op het dek en op de gangboorden zijn op verschillende plaatsen ogen gemonteerd voor de verstaging en de schoten. Aan het achterschip een aangehangen roer, waarvan het kelmhout ontbreekt.
Kleuren: De romp is gelakt, het onderwaterschip is lichtgroen.
Accessoires: lancetvormige stander.
Het speelscheepje is gebouwd door Johannes de Groot (geboren Tzum 1869, overleden Burgwerd 1942). Hij verhuisde in 1904 van Tzum naar Burgwerd en was daar timmerman en aannemer. Rond 1935 maakte hij het speelscheepje. Hij zond het in voor een hobby-tentoonstelling in Heerenveen in 1935 en won toen een derde prijs (medaille is verloren gegaan). Johannes de Groot heeft het scheepje wellicht gebouwd voor de schenker (kleinzoon?) Willem de Groot (geboren 1930) en diens broer Johannes (geboren 1922).
De eenvoudigste speelscheepjes zijn klompscheepjes. De meer verfijnde modellen konden worden gebruikt om er gewoon mee te spelen in het water, maar er konden ook wedstrijden mee worden gehouden. De watersportplaats Grou heeft wat deze wedstrijden betreft een traditie. Vanaf 1907 werden ze er gehouden, eerst op initiatief van particulieren en vanaf 1914 onder auspiciën van de zeilvereniging Lyts Frisia, die er in 1924 zelfs de onderafdeling Jong Frisia voor oprichtte. Na de Tweede Wereldoorlog begon de animo voor het 'skipkesilen' te verflauwen, maar sinds 1968 is er sprake van een reveil. Er wordt gezeild in diverse klassen, zoals klompen A en klompen B, Lytse Folle, Lytse Holle, Grutte Folle en Grutte Holle en Meteoor. Ook in dorpen als Jirnsum, Terherne, Warten en Wergea en steden als Leeuwarden en Sneek werden en worden wedstrijden gehouden. In Burgum werd ook 'skipkesilen' gedaan. Daar was de kapper Hendrik Bulthuis de stimulator. Deze vermaarde ontwerper van de volgens het lattenbouwprincipe vervaardigde B.M.-er en 16 m², bouwde 's winters met de dorpsjeugd door hem ontworpen speelscheepjes, waarmee 'gehardzeild' kon worden.
literatuur:
- D.J. van der Ven, Van scheepje-zeilen en schuitje-varen (Baarn, z.j.)
Reacties