Datering
Maker Klaas Willems Zwolsman

Scheepsmodel van een blazer.

Scheepsmodel van een blazer. Op spanten gebouwd. Schaal niet bekend. Rondhouten en tuigage: Het schip heeft één mast. De mast wordt gehouden door een voorstag. De zeilen ontbreken. Wel zijn de vallen en de rondhouten (gebogen gaffel, giek en kluiver) aangebracht. De vallen zijn belegd op een nagelbank en op klampen aan de onderkant van de mast. Op de top van de mast een blauwe vleugel met een Hollands hoekje. De blokken zijn niet voorzien van lopende schijven. De romp: De voorsteven is gebogen en vallend. De achtersteven is recht en vallend. De romp is zwaar gebouwd. Het vlak is plat met hoekige kimmen. Het achterschip is gepiekt. Het boeisel is breed. De bunplaten ontbreken. Het model van voor naar achter: Voorsteven met berentanden, een beugel waardoor de kluiverboom wordt uitgezet en een snoes (rol) waarover het anker kan worden neergelaten. Op het voordek een braadspil, een schoorsteen, het luik van het vooronder en de overloop van de fok. Op het luik van het vooronder is een V gekerfd. Achter de mast de waterbalk. De zwaarden zijn voorzien van beslag aan de onderkant en van een verdikte kop. De zwaardloper gaat door een gat in het boeisel naar binnen en is belegd op een klamp tegen het boeisel. Op het achterdek een bun met vier luiken, een rooster en een korte overloop voor de grootschoot. Het eerste luik achter de waterbalk leidt naar een trap naar de bunnen. Achter de overloop van de grootschoot een verlaagd dek (bollestal) voor de roerganger. Op het achterhuis de stuurboog: een balk met gaten waarin het roer met korvijnagels vastgezet kan worden. Aan de einden van deze balk bolders en kniestukken met daarin korvijnagels. Het roer heeft een hoge kop, die is versierd met een wit tongetje op groene achtergrond en met drie tonnetjes in de kleuren rood, wit en blauw. Opvallend is dat hoewel het schip is voorzien van een bun, er in de romp geen bunplaten zijn gemaakt. Kleuren: Het houten model is geheel gelakt. Kleur is alleen gebruikt op de roerkop. Accessoires: stander.
Het model is gebouwd naar de blazers zoals die werden gebouwd op de werven van Zwolsman in Workum en Ynte Alkema te Makkum. Alkema werkte in hoofdzaak voor de Waddenvissers uit Wierum, Paesens en Moddergat en van Wieringen en Texel. Op de werf van Alkema was als meesterknecht werkzaam de stamvader van het bekende scheepsbouwersgeslacht Zwolsman, waarvan de gebroeders lbe, Evert en Klaas Zwolsman de bekendsten zijn geweest. Zij waren aktief in Workum, IJlst en Leeuwarden. De blazer is de opvolger van de Wierumer aak. De ramp van 1883, waarbij bijna de gehele vloot aken van Paesens-Moddergat verloren was gegaan, had geleerd dat de aken niet zeewaardig genoeg waren. Daarom werd gekozen voor een groter schip de blazer. Blazers zijn groter (circa 16 meter lang) en ronder van vorm. Het is een zwaargebouwd kielschip met een plat vlak en hoekige kimmen, een volle, zware romp, waarvan het achterschip gepiekt is. De voorsteven is gebogen en vallend, de achtersteven is recht en vallend. Het boeisel is zeer breed en nog verhoogd door een zetboord. De romp heeft weinig zeeg en is gedekt tot voorbij de mast. De tuigage bestaat uit een zware, ongestaagde steekmast met een bezaantuig. Grote blazers uit Paesens en Moddergat hadden een doorlopend dek en waren getuigd met twee masten. De blazers van Texel en Terschelling hadden één mast. De blazers werden te Makkum en Workum gebouwd. Op blazers werd gevist met de beug en met het schrobnet.
literatuur: - Sneeker Nieuwsblad 1 mei 1967 en 1 juni 1967. - Jaarboek Fries Scheepvaart Muesum 1967-1968, p. 15 - S.J. van der Molen, Vissers van Wad en Gat

Identificatie
Titel
Scheepsmodel van een blazer.
Objectnummer
FSM-K-035
Objecttype
  • Scheepsmodellen
    Nabootsing van een vaartuig op klein formaat. (Encyclo.nl)
Persistente URL
http://hdl.handle.net/21.12111/fsm-collect-1000014040
Over
Onderwerpen
  • Blazers
    Nederlands vissersvaartuig dat in de tweede helft van de 19e eeuw is ontwikkeld rond het noorden van de Zuiderzee en de Waddeneilanden. Op het einde van de 19e eeuw werden ze ook gebruikt voor de visserij op de Maasvlakte en de Noordzee, op de Zeeuwse stromen en voor de Vlaamse kust. De blazer was een zwaargebouwd kielschip met een plat vlak en hoekige kimmen, een volle, zware romp, waarvan het achterschip gepiekt was. De voorsteven was gebogen en vallend, de achtersteven recht en vallend. In het ruim achter de mast was gewoonlijk een bun gebouwd. (aatned.nl)
  • Vissersschepen
    Boot, schuit of schip gebruikt bij het vissen of het vervoer van (levende) vis. (debinnenvaart.nl)Vissersboten zijn boten die vissers gebruiken bij het uitoefenen van hun beroep. Zowel kleine houten boten als grote gemotoriseerde boten worden gebruikt voor visserij op zee of op de binnenwateren. (Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)
Werk
Breedte
22.5 cm
Hoogte
85.0 cm
Lengte
81.0 cm
Museum
Fries Scheepvaart Museum
Vervaardiging
Maker
  1. Klaas Willems Zwolsman
Datering
Materiaal
  • Eikenhout
    Eiken is het hout van de Quercus robur. Het hout is hard en goed bestand tegen water. Het is in Noord-Europa op grote schaal gebruikt in de bouw, voor schepen, meubels en panelen. (Conservation Dictionary)Eikenhout is het hout van de eikenboom. Eikenhout is een zeer duurzame houtsoort met wijde poriën, en met brede glinsterende spiegels wanneer het dosse gezaagd is. Het is belangrijk materiaal voor balken, kappen, kozijnen, deuren, betimmeringen e.d.. Tot in de 17e zeer algemeen toegepast, tegenwoordig door schaarste kostbaar en als timmerhout vrijwel geheel door naaldhout verdrongen. Het laat zich goed besnijden en is daarom geschikt voor het maken van meubels. Voor betimmeringen gebruikte men graag wagenschot en gekloofde planken. Eikenhout werd doorgaans aangeduid naar de plaats van herkomst of naar de doorvoerhaven: bv. Deventer hout, Zutphense planken, Hasselts hout (aangevoerd langs de Overijsselse Vecht), Rijns eiken, Wezels hout (langs de Lippe, Ruhr en Rijn aangevoerd), Brabants hout. Noords eikenhout kwam uit Noord-Duitsland en de Oostzeelanden. In Oost-Nederland werd veel inlands eiken verwerkt. Thans is er in hoofdzaak Frans, Westfaals en Slavonisch eiken in de handel. (Haslinghuis)Oak is the wood of Quercus robur. The wood is hard and highly resistant to water. It has been widely used in northern Europe in construction, for ships, furniture and panels. (Conservation Dictionary)Oak wood is the wood of the oak tree. Oak is a very durable type of wood with wide pores, and with wide glistening mirrors when cut on the dead end. It is important material for beams, hoods, frames, doors, paneling and the like. Very widely used until the 17th century, nowadays it is expensive due to its scarcity and almost completely replaced by softwood. It is easy to cut and therefore suitable for making furniture. For paneling, people liked to use wagon shot and split planks. Oak wood was usually designated by its place of origin or transit port: e.g. Deventer wood, Zutphen planks, Hasselt wood (supplied along the Overijsselian Vecht), Rhenish oak, Wesel wood (supplied along the Lippe, Ruhr and Rhine rivers), Brabant wood. Nordic oak wood came from northern Germany and the Baltic countries. In the eastern Netherlands a lot of native oak was processed. Nowadays mainly French, Westphalian and Slavonian oak is in trade. (Haslinghuis)
  • Lood
    Te gebruiken voor het zuivere metaalelement met het symbool Pb en het atoomnummer 82; het metaal is zacht, kneedbaar en vaalgrijs van kleur. Ook te gebruiken voor het metaal wanneer het wordt bewerkt en gevormd om, meestal in combinatie met andere stoffen, verscheidene voorwerpen en materialen te maken. (Archeological Base Register)Use for the pure metal element with the symbol Pb and atomic number 82; the metal is soft, malleable and sallow gray in color. Also to be used for the metal when worked and shaped to make, usually in combination with other substances, several objects and materials. (Archaeological Base Register)
Aankoop & Licentie
Licentie
BY-SA